Psychische begeleiding
Ruim honderd jaar geleden, in 1897, vond de sportpsychologie haar oorsprong in Noord-Amerika. De psycholoog Norman Triplett voerde daar het eerste sportpsychologische experiment uit. Hij wilde onderzoeken waarom fietsers sneller rijden in groepen of paren dan wanneer zij alleen reden (Weinberg & Gould, 1995). De pioniers uit de vroege geschiedenis van de sportpsychologie verrichtten metingen betreffende reactietijden van atleten, bestudeerden hoe sportieve vaardigheden aangeleerd werden en discussieerden over de rol van de sport in de persoonlijkheidsontwikkeling, met andere woorden: men kreeg oog voor de psychologische aspecten van sport. Er werd echter nog weinig van de verkregen kennis in de praktijk toegepast.
Nu is sportpsychologie zowel als beroep en als wetenschappelijk onderzoeksterrein wereldwijd bekend, en wordt aandacht besteed aan onderwerpen als motivatie, agressie, persoonlijkheid, stress en prestatie (Weinberg & Gould, 1995). Sportpsychologie houdt zich in de praktijk bezig met prestatie(verbetering) en het verklaren van de relatie tussen sport en welzijn. Kennis op het gebied van de sportpsychologie kan worden aangewend ter verbetering van zowel individuele- als groepsprestaties. Tevens wordt gepoogd inzicht te verkrijgen in de processen die ten grondslag liggen aan de prestatie, en factoren die deze processen beïnvloeden. Kennis van deze factoren zou kunnen bijdragen om zicht te krijgen op de reacties en het functioneren van atleten in sportsituaties (Bakker, Whiting & v.d. Brug, 1984).
Mentale training gaat over de vraag hoe de hersenen zo gebruikt worden dat het lichaam doet wat jij wil zodat prestaties verbeteren. Mentale training kan gebruikt worden om de concentratie van de sporter(s) te verbeteren, of de sporter(s) beter te leren omgaan met verwachtingen en nieuwe doelen. Ook het verlagen van negatieve spanning kan onderdeel van de training zijn.
Een bekend voorbeeld in het voetbal ter verduidelijking. Een voetballer heeft voor het nemen van een penalty het fysieke talent om in 1 vloeiende beweging en de hoek uitkiezend, de bal achter de keeper de plaatsen!
Tijdens de training waarbij dit zonder enige druk van buiten plaatsvindt, gaan er dan ook 9 van de 10 penalty’s in. Op het moment, echter, dat er tijdens de laatste minuut in een beslissende wedstrijd een penalty moeten worden genomen, komt het echter naast
die vloeiende beweging aan op andere vermogens en kwaliteiten.
Namelijk die van het mentale talent om te gaan met druk, de verwachtingen en de spanning, maar belangrijker nog van de training die op dit mentale vlak is verricht.